Ben ik Indisch?
Dat niet.

Toch wel familie gehad daar?
Ook al niet.

Ben ik dan militair?
Eh nee… burgerjuffrouw.

Alles begon met de Indische damesromans. Tijdens mijn studie las ik de ene roman na de andere, en als vanzelf begin ik ze te verzamelen. Heerlijke meeslepende romans, vol emotie.

En vroeger of later ook met een militair. De een was raar uit Atjeh terug gekomen, een ander had een half lege mouw, een derde droeg een Militaire Willemsorde.  Het leek wel of al die militairen uit een parallel universum kwamen. Wat gebeurde daar? 

Toen ik mijn biografie van Van Heutsz schreef, kwam ik  in dat universum terecht. Ik keek mijn ogen uit. Het was er zo anders dan ik had gedacht. Maar ja, ik schreef alleen een biografie van Van Heutsz en niet van het koloniale leger. Dus veel moest ik terzijde leggen.

Mijn boek over het KNIL is af en ik werk alweer aan een ander boek en denk over het boek dat hierna moet komen. Er is altijd een boek op komst, zo is mijn leven.

Op mijn werktafel liggen boeken, papieren, schema’s en memoblaadjes. Mijn huiskater Bert snurkt op zijn krukje dat naast me staat. 

Ik heb nog zoveel vragen.